Defensieweb wiki

Klaus Barbie (Bad Godesberg, 25 oktober 1913 - Lyon, 25 september 1991) was een Duitse veroordeelde oorlogsmisdadiger.

Barbie werd in 1934 lid van de SS, maar werd pas in 1937 lid van de nazipartij NSDAP. Vanaf november 1942 nam hij de leiding over van de Gestapo in de Franse stad Lyon. Zijn activiteiten aldaar leverden hem de bijnaam 'beul van Lyon' op. Zo is Barbie verantwoordelijk voor de dood op Jean Moulin, die hij eigenhandig martelde. Ook zette hij 44 Joodse kinderen uit het weeshuis in Izieu op transport naar Auschwitz. Uiteindelijk zouden 43 kinderen omkomen - alleen León Reifmann kon ontsnappen en zich verstoppen.[1] Barbie wordt er van verdacht vierduizend personen te hebben gedood.[2] Kort voor het einde van de oorlog keerde hij terug naar Duitsland.

In 1947 werd hij in Frankrijk bij verstek ter dood veroordeeld. Van dat jaar tot 1951 werkte hij voor de Amerikaanse Counter Intelligence Corps (CIC) in Duitsland tegen de communisten, waarna hij met hulp van het CIC in 1951 naar Bolivia emigreerde en in de hoofdstad La Paz ging wonen onder de naam Klaus Altmann. In 1972 werd hij daar opgespoord door de nazijagers Serge en Beate Klarsfeld. Hij werd uiteindelijk pas in 1983 uitgeleverd aan Frankrijk en in 1987 volgde zijn proces, waarbij Lise Lesèvre als getuige werd opgeroepen:

Het was 's anderendaags toen ik kennismaakte met Barbie, met zijn beestenogen... eerst beschuldigde hij me en vernederde me tot op het bot, dan nam hij me mee naar een kamer waar ik vreemde dingen op tafel zag liggen... Hij schepte er plezier in om mensen af te ranselen, hij had niks menselijks...

Midden in de nacht werd de vrouw met haar echtgenoot geconfronteerd en in een koud bad opnieuw gemarteld. Ze kwam mensen tegen die onder het bloed zaten. De martelingen duurden 19 dagen.

Klaus Barbie werd tot levenslang veroordeeld en overleed in 1991 op 77-jarige leeftijd aan kanker.

Documentaires[]

  • Hôtel Terminus: The Life and Times of Klaus Barbie, 1988
  • My Enemy's Enemy, 2007


Bronnen, noten en/of referenties[]

Bronnen, noten en/of referenties:



Dit artikel valt onder de GNU-licentie voor vrije documentatie