Defensieweb wiki
Advertisement


De Eerste Boerenoorlog (1880-1881) ook bekend als de Eerste Vrijheidsoorlog was een oorlog tussen Boerenkolonisten (de Afrikaners) in Natal en Transvaal en het Verenigd Koninkrijk.

Voorgeschiedenis[]

Annexatie[]

De Britse plannen van gouverneur Carnarvon voor een federatie van de blanke staten in Zuid-Afrika waren doodgelopen. Na berichten dat de Boeren van Transvaal een nederlaag hadden geleden tegen het inheemse Pedi volk en hun leider Sekukhene, besloot Carnarvon Transvaal te annexeren. Hij stuurde Sir Theophilus Shepstone als Special Commissioner in 1877 naar Pretoria. Op 12 april proclameerde deze op het Kerkplein in Pretoria de annexatie van de Transvaal (de Zuid-Afrikaansche Republiek). De Engelse regering nam het bestuur van Transvaal over ter bescherming van de blanken aldaar tegen de inlanders. Bovendien was de Boerenregering van president Burgers vrijwel failliet.

Tegelijkertijd protesteerde de regering van Transvaal. Wel liet deze zich - behalve Kruger - door de Britten betalen. De Volksraad, het parlement van Transvaal, stuurde vice-president Paul Kruger en Jorissen tevergeefs naar Londen om bij de Britse regering-Disraeli tegen de annexatie te pleiten.

Hoewel de Britten de Zoeloes ondanks een aanvankelijke nederlaag bij Isandhlwana tenslotte versloegen bij Ulundi, leverde het Britse bewind Transvaal verder weinig op: het tekort op de staatsbegroting bleef. Op 10 mei 1880 opende de opvolger van Shepstone, Wolseley, de eerste bijeenkomst van de nieuwe wetgevende vergadering, waarin uitsluitend de Britse gemeenschap van Transvaal vertegenwoordigd was.

Kruger vroeg de nieuwe Britse regering-Gladstone of deze de annexatie wilde terugdraaien. Gladstones antwoord - in strijd met zijn verkiezingsbelofte in Engeland - luidde dat hij Koningin Victoria niet kon adviseren haar suzereiniteit over Transvaal af te staan.

Verzet[]

Incident Bezuidenhout[]

In november 1880 leidde de belasting van het Britse bestuur in Transvaal tot een incident. Een boer die Bezuidenhout heette - een naamgenoot van de opstandeling die in 1816 in Slachtersnek in de Kaap werd opgehangen door de Engelsen - weigerde zijn belasting te betalen. Daarom werden zijn wagens in beslag genomen. Gewapende Boeren onder leiding van Piet Cronjé - de latere Boerengeneraal - gaven Bezuidenhout zijn wagens terug.

Krugers protestbijeenkomsten[]

Het kostte Kruger vier jaar om de Boeren zich tegen de Britten te laten keren. Kruger organiseerde massale protestbijeenkomsten van Boeren te Doornfontein (1878) en tweemaal te Wonderfontein (10 december 1879) bij Potchefstroom. Het protest te Paardekraal (later Krugersdorp geheten) bij Rustenburg op 10 december 1880 met tienduizend aanwezigen was de grootste bijeenkomst. De vergadering besloot toen dat de republiek moest worden hersteld. De vierkleur werd gehesen en alle aanwezigen legden een steen op een hoop. Op zondag hield de vergadering een kerkdienst in de open lucht. Een driemanschap van vice-president Kruger, de bejaarde ex-president Marthinus Pretorius en de onervaren commandant-generaal Piet Joubert nam de leiding. Een onafhankelijkheidsverklaring werd opgesteld en verspreid. Op 16 december 1880, Dingaansdag, werd te Heidelberg de republiek uitgeroepen.

Strijd[]

De Boeren droegen geen uniform maar hun normale onopvallende kleren die sterk contrasteerden met het heldere rood van de Britse uniformen. Doordat de Engelsen daardoor opvielen in het landschap waren ze een makkelijke prooi voor de Boeren sluipschutters.

Drie slagen[]

De Boeren belegerden de Britse garnizoenen in Pretoria, Potchefstroom en Lydenburg. Op 20 december 1880 versloeg een Boerencommando onder Frans Joubert twee compagnieën van het Engelse 94ste regiment - 9 officieren en 248 manschappen - bij Bronkhorst Spruit. De buitgemaakte wapens en ammunitie kwamen de Boeren goed van pas. De Britse Generaal Colley en zijn troepen werden op 28 januari bij Laing's Nek (ook Laingsnek gespeld) en op 7 februari aan de Ingogo-rivier (Skuinshoogte) eveneens met zware verliezen door kleine groepen Boeren teruggedreven.

Colley kreeg van de Britse regering opdracht de Boeren een wapenstilstand aan te bieden. Maar hij deed dat in de vorm van een ultimatum van 48 uur. Deze termijn was waarschijnlijk opzettelijk zo kort gehouden omdat Colley dacht dat hij de Boeren toch nog kon verslaan als ze niet konden reageren.

Majuba[]

Hij bezette in de nacht van 26 februari 1881 met 600 man de strategische tafelberg Majuba (600 m) op de flank van de positie van het leger van de Boeren bij Laing's Nek. De Britten lieten na verdedigingslinies te graven langs de top. Aan de Boerenkant begreep commandant-generaal Piet Joubert dat zijn positie onder Majuba onhoudbaar was als Majuba niet onmiddellijk werd veroverd. Met een gedurfde bestorming door een paar honderd man lukte het hem met generaal Nicolaas Jacobus Smit, commandant Joachim Ferreira en assistent-veldkornetten Fanus (=Stefanus) Roos en Danie Malan om op zondag 27 februari 1881 de Britse troepen op de top verpletterend te verslaan, omdat Colley tot het laatst de ernst van de situatie onderschatte. Colley kwam zelf om. Tijdens de Tweede Boerenoorlog gebruikten de Britten de strijdkreet "Remember Majuba!". Zie ook Slag van Majuba.

Betekenis[]

Bij Laing's Nek pasten de Boeren de tactiek van de loopgraaf toe, waarmee zij ook in de Tweede Boerenoorlog vele successen boekten. De tactiek van schieten en rennen waarmee Majuba werd veroverd was een militair novum. Voor het eerst werd de machtigste mogendheid ter wereld door kleine legers verslagen.

Verdragen[]

Voorlopige vredesvoorwaarden werden op 23 maart ondertekend in de boerderij van O'Neill, waar de gewonden van Majuba waren opgevangen.

Op 5 april 1881 werd de Conventie van Pretoria getekend. Engeland erkende de onafhankelijkheid van Transvaal binnen de toenmalige grenzen. Verdere expansie werd verboden. De Zuid-Afrikaansche Republiek (ZAR) erkende de suzereiniteit van de Engelsen en Pretoria zou een Britse resident krijgen. Deze "suzereiniteit" was een compromisterm. Volgens de Engelse premier Gladstone betekende die, dat Engeland de buitenlandse politiek van Transvaal en de bescherming van de inheemse bevolking zou regelen.

De Boeren waren ontevreden. Nadat Kruger in 1883 president van de ZAR was geworden, ging hij naar Londen voor een nieuw verdrag. De Conventie van Londen van 27 februari 1884 erkende volledige onafhankelijkheid van Transvaal. De Britse resident werd uit Pretoria teruggetrokken. De ZAR stond de gebieden Stellaland en Goschen of Goosen af op de grens van Transvaal en Bechuanaland, die voor de Britten van belang waren als verbinding van de Kaapkolonie met het noorden.

Verder lezen[]

  • Davenport, T.R.H. South Africa. A modern history, 1978
  • Pakenham, Th. The scramble for Africa 1876-1912, London, Abacus 1991
  • Wesseling, H.L. Verdeel en heers. De deling van Africa 1880-1914, Amsterdam, Bert Bakker 1991
  • Wilson, M. en L. eds. The Oxford history of South-Africa II: 1870-1966, Oxford, Clarendon 1971
  • Dr. F. J. du Toit Spies. Van Ons Land Suid-Afrika, Voorland Brugge, 1947

Zie ook[]

Advertisement